De codex van onze schaakclub
Wat nu volgt is een artikel dat Jan Bernaert in februari 2008 heeft geschreven voor Ons Palmpje (12de jaargang, nr. 68, maart 2008).
Van schaakclub “De Palm” en schaakclub “Gentbrugge”
Aan de lezers trachten wij een reeks gebeurtenissen voor te stellen, welke min of meer steeds een zelfstandig geheel vormen, dit gespreid over meer dan 50 jaar.
Wat volgt kunt u aanzien als de CODEX van onze schaakclub.
Het begin: In de 50er jaren waren te Gentbrugge aanvankelijk 2 schaakclubs, “De Vriendenkring” en “De Entente”.
“De Vriendenkring” was zwaar katholiek getint en had als lokaal het parochiehuis in de toenmalige Snoekstraat.
“De Entente” was liberaal getint en had onderdak in het café “nieuw Amerika” gelegen in de Emanuel Hielstraat. Deze clubs hadden weinig of geen contacten met andere clubs.
De socialistische partij boerde vrij goed in Gentbrugge, maar had geen schaakclub.
Oktober 1956, de Heer Antjon, voorman van de socialistische partij Gentbrugge, liet in het dagblad “Vooruit” een artikel verschijnen, waarin hij de wil te kennen gaf een schaakclub op te richten.
Een contactvergadering zou plaats vinden in het Volkshuis gelegen hoek Kerk en Bassijnstraat te Gentbrugge.
9 Personen gaven gehoor aan deze oproep. Spontaan schreef men in het verslag niet contactvergadering, maar heel enthousiast: stichtingsvergadering. De datum: 12-11-1956 . Het bestuur bestond uit: voorzitter de Schepen Nestor Plaete. Wedstrijdverantwoordelijke, reglementen, schatbewaarder en contactpersoon naar buiten toe: de heer Antjon.
De post van secretaris was voor Bernaert.
Als speelavond gaf de lokaalhouder: elke week de maandagavond van 20u. tot 24u..
Begin 1957 wensten wij uit onze cocon te stappen en beslisten een wedstrijd te spelen tegen een andere club. Onze keus van club was vlug gemaakt, onze broederclub “Jean Jaures” werd uitgenodigd voor onze allereerste schaakpartij in clubverband!!
Wij mochten 9 spelers begroeten en bekampen welke -stuk voor stuk- veel sterker waren dan wij.
Het werd een afslachting van 0 – 9. Voor de tendens die 50 jaar later nog heerst, werd toen reeds de eerste stap gezet. De spelers van “De Palm” zegden toen: schande “Jean Jaures”.
De volgende schaakontmoeting was in eigen gemeente: een driehoekstoernooi met “De Palm”, “De Vriendenkring” en “De Entente” in het parochiehuis. (onze eerste verplaatsing!)
De sfeer was werkelijk amicaal. Wij hebben deze wedstrijd gewonnen. De gewonnen trofee (een gong) prijkte vele jaren op een ereplaats in onze verschillende clublokalen, tot de brand ze definitief deed verdwijnen. De paar foto's waarop de gong te zien is zullen in ere gehouden worden.
Het eerste clubkampioenschap in het jaar 1957 werd gewonnen door Verkouille Richard, hij deed dat trouwens ook in de jaren 58, 59 en 60.
De club nam met zoveel mogelijk spelers deel aan toernooien. Hun spelpeil verhoogde en de resultaten bleven niet uit. Wij speelden tegen: Amicale, Generale bank, Edg. Colle, Dierman (toernooi).
Begin 1960 telden wij 16 spelende leden waaronder 4 jeugdspelers.
Wij hadden intussen een schatbewaarder welke uitblonk door zijn gedrevenheid wat geldbeheer betrof: Roger Maes.
Wij sloten aan bij de Belgische schaakbond en de Vlaamse schaakfederatie onder stamnummer 408.
Oktober 1961: “De Palm” organiseerde een toernooi en noemde het een Jubileumtoernooi want de club bestond reeds 5 jaar!!! Er waren 72 deelnemers en er was een prijzenpot van 1500 BF.
Dit was de aanzet tot het inrichten van een jaarlijks eendagtoernooi welke tot ver in de jaren 70 plaats greep. De deelnemers kwamen uit alle windstreken. Er was een jaar dat er Amerikaanse militairen welke gekazerneerd waren in Duitsland aan ons toernooi deelnamen. Enkele maanden later werd onze club naar de militaire vliegbasis van Bitburg uitgenodigd voor een wedstrijd tegen “de skyblasers”.
Verscheidene echtgenotes gingen mee. Dit werd een reisje waar wij jaren later nog hebben van genoten.
In 1964 was ons ledenaantal gestegen tot 21 adulten en 7 jeugdspelers.
In de 60er jaren was een van de toonaangevende evenementen op schaakgebied de eendagtoernooien Oost- en West-Vlaanderen tegen Noord Frankrijk, onze club pikte daar op in en in 1967 waren wij de inrichters. De Vlamingen wonnen met 38 tegen 14. Ook het kanaalzonetoernooi met Gentse ploegen en verschillende Nederlandse ploegen uit onderscheidenlijk: Sas van Gent, Sluiskil, Axel, Terneuzen kende groot succes en kon telkens vele spelers zowel uit Nederland als uit Gent voor deelname warm maken. Ook “De Palm” was er telkens bij en dit met wisselend, goed en minder goed, resultaat.
Dit jaar namen wij voor de eerste maal deel aan interclubs. Wij deden het niet slecht, in de derde reeks eindigden wij op de 4e plaats en lieten zo 4 ploegen achter ons in de eindklassering.
Op 15 april 1967 overleed plots onze schatbewaarder Roger Maes, het was voor ons allen een zwaar verlies. Roger was een van de basispionnen van onze club.
Wij organiseerden als nagedachtenis een wisselbekertoernooi. De respectievelijke winnaars waren niet van de minsten: De Bruycker Bernard, 26 deelnemers. Van Acker Tony, 48 deelnemers. Mulkens Michel, 29 deelnemers. Ed. Criel, 46 deelnemers. De wisseltrofee vond geen definitieve toekenning.
03-03-68
Wegens de komende onteigening en afbraak van het Volkshuis “De Palm”, moesten wij uitzien naar een ander schaaklokaal. Wij wensten van deze toestand gebruik te maken om de toekomst van de club veilig te stellen. Tijdens een onderhoud met het gemeentebestuur vroegen wij als “Schaakclub Gentbrugge” verder te mogen bestaan.
Dit eerder schuchter gedane voorstel, werd door burgemeester Verhaest en de meerderheid der aanwezige raadsleden met applaus aanvaard. Toen was er nog geen sprake van fusie der Gentse randgemeentes, dat betekende voor ons een grote vorm van bestaanszekerheid.
Tijdens de volgende clubavond zijn wij allen serieus uit de bol gegaan!!!!
Ons nieuw lokaal, gelegen in de Kouterstraat 5, hebben wij met een vriendenwedstrijd tegen Schaakclub Mariakerke ingehuldigd. Het werd een daverende zege voor ons met 10 – 6.
1969
Dit jaar was voor “Schaakclub Gentbrugge” een topjaar. Wij telden 37 adulten en 6 juniores.
Wij richtten in: 2 blitztoernooien, clubkampioenschap met 34 deelnemers, ladderwedstrijd met 40 deelnemers, ons jaarlijks internationaal toernooi, wij ontvingen Zeeland voor de ontmoeting Gent – Zeeland er werd gespeeld in 10 reeksen van telkens 4 spelers, de uitslag was 22 – 18 voor Gent.
In 1970 was het jaar 1969 naar ons hoofd gestegen. Wij durfden het aan de West-Vlaamse coalitie uit te nodigen voor een wedstrijd op 20 borden dubbele rondes. Dat was duidelijk te hoog gegrepen.
Wij verloren de wedstrijd met 17 – 23, het was toch nog eervol.
Neven onze drukke schaakkalender vonden wij nog de moed en de tijd om een eigen schaakzaal in te richten. Op 9-10-71 waren de werken tot een goed einde gebracht.
De zaal werd ingehuldigd door Burgemeester Verhaest. De bijbehorende wedstrijd tegen “De Vrijschaker” Landegem wonnen wij met 10 – 5.
1970-1976
Vanaf 1972 konden wij voor alle toernooien gebruik maken van een grote zaal in het nieuwe Gentbrugs gemeentehuis. Wij gebruikten deze zaal voor wedstrijden zoals Mindere goden, cup Vooruit, Generale bank en verschillende vriendenwedstrijden. De eerste uitgave van “De mindere goden” had ook plaats in deze zaal, welke wij dan voor de eerste keer gebruikten. Deze jaren waren gekenmerkt door een redelijk stabiel ledenaantal.
Tussendoor een mopje of was het een kleinerende uiting?: Het dagblad “Vooruit” publiceerde elke week een uitgebreide schaakrubriek. De rubriekschrijver was lid van schaakclub “Jean Jaures”!!?? Het nieuwe toernooi was een initiatief van een lid van Schaakclub “Gentbrugge”!!??
Dit nieuwe tornooi moest dus zeker aangekondigd worden. De rubriekschrijver had mogelijks de naam niet goed begrepen of er te weinig aandacht aan besteed voor het te perse gaan.
Zo kon men lezen in de volgende schaakrubriek: Een nieuw tornooi: voor de mindere goeden.
Tijdens het betwisten van de interclubs, jaar 1979, waar wij op dit ogenblik afgtekend aan de leiding stonden in de 3e reeks en de promotie naar 2e ons normalerwijze niet meer kon ontsnappen, viel er een ware “atoombom” voor ons.
De 4 beste spelers wensten vanaf de volgende wedstrijd betaald te worden per partij, winnen of verliezen. Het bestuur van de club kwam in spoedzitting bijeen en besliste vanaf de dag van de vergadering de betrokken spelers te schorsen als lid van de club.
Wij zijn niet gepromoveerd en steeds een kleine club gebleven, waar alle leden gelijk zijn, ongeacht hun schaakkunde.
Einde 1975 kregen wij, van het gemeentebestuur, de kans ons schaaklokaal onder te brengen in het gemeentepark. Het was zeker geen luxe onderkomen, er was veel werk te doen om een aanvaardbaar schaaklokaal te maken van ruimtes welke vroeger gebruikt werden om paarden te stallen. Wij beschikten gelukkig over een ploeg vol ethousiasme welke muren wegbrak en andere delen herstelde. Er werd gezorgd voor vaste, mooi geschilderde schaaktafels. Daarnaast werden 3 tafels met elk 3 schaakborden voorzien. In een minimum van tijd was van drie lokaaltjes een gemaakt. Er konden maximum 40 spelers een plaats vinden. Op zondagmorgen was dat zeer krap gezien wij 12 tot 15 jeugdspelers les wilden geven. Ook de adulten kwamen de zondagmorgen een zetje doen.
De reeds vermelde beslissing om spelers niet te betalen had wel een nefast resultaat want de gewraakte spelers namen nog drie anderen mee. Dus een gevoelige aderlating. Voor het vormen van 2 ploegen voor interclubs waren regelmatig moeilijkheden en de geleverde resultaten waren ook beneden alles. Wij besloten dan ook voor het speeljaar 1980 alleen 1 ploeg in 3e reeks en 1 ploeg in 4e in te schrijven. Wij eindigden in beide reeksen 8e op 10 ploegen!! Zeer pover!!
Onzeinterne toernooileiding had gemeend de wedstrijden voor het clubkampioenschap te moeten uitsmeren over meer dan de helft van het schaakjaar, dit bleek fout te zijn, er was geen spanning, met veel afwezigheid voor gevolg. Er was ook veel mistevredenheid bij de leden.
1981 – 1988
De aanwinst van enkele nieuwe leden en de resultaten van een paar jeugdspelers gaf een nieuwe impuls aan ons clubleven.
Het in 1975 voor het eerst uitgebrachte clubblad “Ons Palmpje” werd vanaf 1981 opgefleurd met allerlei randnieuws, schaakproblemen en nevenactiviteiten. Om dit alles te kunnen realiseren hadden wij in occasie een stencileermachine “Gestetner” gekocht. Het was voor de persoon welke instond voor het afdrukken van de gegevens telkens een heksentoer, met inktvlekken op handen en kleren.
Het clubkampioenschap, waar 36 leden aan deelnamen, werd betwist in 3 reeksen met dubbele ronde.
Het deelnemen aan toernooien werd meer geactiveerd.
De geldprijzen voor het clubkampioenschap werden fors opgetrokken.
De inrichting van een jaarlijks clubfeest bleek steeds een hoogtepunt te blijven. Onze schatbewaarster organiseerde steeds op een voorbeeldige wijze, maar dikwijls met veel kopzorg, het banket en de reservering van een zaal bij een valabele traiteur. Dan werden de clubkampioen en de verdienstelijke leden in de bloemetjes gezet en werd hen de clubprijs overhandigd.
Als nevenactiviteiten deden wij uitstappen naar het Zwin, Antwerpen, Brugge. Deze uitstappen werden telkens met een autobus gemaakt en waren een succes. Het inrichten van een toeristische autorally was buiten alle verwachtingen een succes, er waren 18 auto's en totaal 27 deelnemers.
Wij hadden beetje bij beetje een schaakbibliotheek samengesteld, maar veel succes heeft hij niet gehad.
Onze jeudgspelers werden sterker, vonden het niet meer nodig aan ons clubkampioenschap deel te nemen, en verdwenen naar de sterke clubs uit Gent. Ze verkozen blijkbaar, in plaats van bij ons de eerste viool te spelen, een gewoon nootje in het groot orkest te worden. Nu 20 jaar later zijn er maar een paar meer over, de rest is verdwenen in de anoniemiteit.
Wij zijn ook niet ontsnapt aan de moeilijkheden met rokers. Wij kochten ventilatoren, speelden in een afzonderlijk lokaal, lieten alleen rokers toe na 22 uur enz.... maar er was geen goede oplossing te vinden.
Eind 1988 overleed plots onze secretaris Leonard D'Haese, een verlies welke zich zeer liet voelen bij de leden en bestuursleden.
Leonard was nooit een verlichte schaakgeest, maar een sterk steunpunt van onze club.
1990-1995
Door de brand in ons lokaal zijn alle gegevens verdwenen. Alle verslagen en gegevens betreffende het leven van onze club zijn in de brand gebleven.
Vele zaken zijn door de tijd in onze herinnering vervaagd. Hetgeen wij nog weten zullen wij trachten op papier over te brengen.
Het ledenbestand was nog redelijk te noemen. De nieuwe lichting jeugd bood zich beetje bij beetje aan, er was echter nog een lange weg te gaan.
Er waren wel strubbelingen met jongen adulten welke meenden het beter te weten.
Wij konden terug enkele nieuwe leden inschrijven, een ervan was Eddy Janssens een zeer goede schaker en bijzonderlijk een groot mens. Als bestuur konden wij steeds bij hem terecht om, zij het maar voorlopig, de kalmte en de rust in de club te bewaren.
Wij waren dan ook zeer fier dat zo iemand in 1991 kampioen van de club werd.
Het clubfeest greep dit jaar zoals gewoonlijk plaats bij een vooraanstaand traiteur.
Onze schatbewaarster had kosten noch moeite gespaard om de datum 27-01-1992 vast te leggen, het souper samen te stellen en de omlijsting voor de huldiging van de kampioen en verdienstelijke leden voor te bereiden.
Eddy werd op 27-01-1992 begraven. Dit is een van de droevigste momenten uit onze schaakclubgeschiedenis.
Begin 1993 brandde terug een lichtje in het brein van een onzer leden. Waarom zou er geen jaarlijks meerdagetoernooi kunnen ingericht worden door onze club? De voorwaarde tot deelname was: 60 jarigen en ouder. Zo gezegd zo gedaan en “het 60+ toernooi” werd boven de doopvond gehouden. Dit toernooi is met wat beeldspraak nu reeds een knappe adolescent.
Hier stopt mijn deel van: DE CODEX VAN DE SCHAAKCLUB.
Bernaert Jan